May 3, 2017 3:19:49 GMT -5 |
Post by Valentina on May 3, 2017 3:19:49 GMT -5
Valentina verliet met enige haast het complex wat ze haar thuis moest gaan noemen. Maar het voelde nog lang niet zo. Het was eerder haar nieuwe gevangenis. Anders en toch hetzelfde. Daarom keek ze niet om naar het gebouw. Haar benen droegen haar steeds sneller weg van die rijke flats. Een taxi moest ze niet. Ze bleef dan ook niet lang langs de grote weg rennen, maar trok naar de vertrouwde tussendoor paadjes. Meer aan het oog onttrokken.
Op die manier wist Valentina de meer gematigden winkels te bereiken. Hier voelde zij zich al iets meer thuis. Kort bekeek ze zichzelf in een etalage ruit. Haar haren zaten enigszins wild door het rennen. Snel kamde ze het met haar vingers wat gladder. Zo, dat zag er iets beter uit. Nu nog een drogisterij vinden. De eerste de beste zou prima zijn.
Het viel verrassend tegen hoe snel Valentina er eentje vond. Overal waren toch voornamelijk kledingwinkels, schoenenwinkels en eetgelegenheden. Ergens voelde ze een kleine steek bij het zien van mensen die gezellig samen ergens wat zaten te eten of te drinken. Waarom leek het anderen zo makkelijk af te gaan? Was zij echt zo lomp in haar doen en laten? Teruggetrokken, ja... Sociaal onderontwikkeld kon ze het misschien beter noemen. Met een zucht dacht ze terug aan eerder. De ongemakkelijkheid tussen haar en Alec. Vijandig haast. Tenzij dat enkel haar illusie was.
Daar! Eindelijk. Één standaard drogisterij. Valentina liep naar binnen. Ze pakte netjes een mandje, zoals het hoorde, en ging de paden af. Wanneer zij iets tegenkwam wat ze nodig had, dan stopte ze het in de mand. Na een ronde door de winkel liep ze naar de kassa. Alle spullen gingen over de scanner.
'Dat is dan een-en-dertig vijfentachtig', sprak het meisje achter de kassa met de standaard klantvriendelijke toon.
Valentina pakte met enige nervositeit het pasje uit haar broekzak en stak deze in het pinapparaat. Snel typte ze de code in die Alec haar had toevertrouwd. Enkele seconden tikten voorbij en even was ze bang dat de code incorrect was. Daar klonk het verlossende bliepje. Opgelucht nam ze de kaart terug en haar spullen in ontvangst. Na een korte groet liep ze naar buiten.
Nu begon de twijfel. Ze had alles wat ze nodig had. Toch voelde ze geen drang om ook gelijk terug te keren naar "huis". Die mannen waren er op de eerste plaats nog bezig. Plus... Hier buiten was ze vrij. Ja, Alec zou kunnen zien waar ze voor het laatst iets had gekocht, maar als ze het slim speelde, dan had ze voorlopig geld en hij zou niet weten waar ze zou zijn... Doen, zei een stemmetje diep in haar. Haar rationaliteit sprak dat tegen. De man had vertrouwen, heel veel vertrouwen in haar gestoken op dit moment. Ze zou hem kwetsen als ze er vandoor ging. Zeker als ze eerst nog een ruim bedrag zou opnemen bij de bank met zijn pas. Daarbij, mocht ze hem ooit weer treffen in de rechtbank, mocht ze überhaupt weer in contact komen met de politie, dan zou ze in veel grotere problemen zitten.
Verscheurd tussen verstandig zijn en haar vrijheid nam Valentina onbewust plaats op een bankje bij een plantsoen. Daar bleef ze zitten zonder op de tijd te letten. Haar blik op de grond gericht. Niemand die haar aansprak. Hooguit vroeg een voorbijganger zich in zichzelf af waarom een jonge vrouw zoals zij er verdrietig en alleen bij zat. En velen zouden in hun hoofd hebben dat het om liefdesverdriet ging.
Op die manier wist Valentina de meer gematigden winkels te bereiken. Hier voelde zij zich al iets meer thuis. Kort bekeek ze zichzelf in een etalage ruit. Haar haren zaten enigszins wild door het rennen. Snel kamde ze het met haar vingers wat gladder. Zo, dat zag er iets beter uit. Nu nog een drogisterij vinden. De eerste de beste zou prima zijn.
Het viel verrassend tegen hoe snel Valentina er eentje vond. Overal waren toch voornamelijk kledingwinkels, schoenenwinkels en eetgelegenheden. Ergens voelde ze een kleine steek bij het zien van mensen die gezellig samen ergens wat zaten te eten of te drinken. Waarom leek het anderen zo makkelijk af te gaan? Was zij echt zo lomp in haar doen en laten? Teruggetrokken, ja... Sociaal onderontwikkeld kon ze het misschien beter noemen. Met een zucht dacht ze terug aan eerder. De ongemakkelijkheid tussen haar en Alec. Vijandig haast. Tenzij dat enkel haar illusie was.
Daar! Eindelijk. Één standaard drogisterij. Valentina liep naar binnen. Ze pakte netjes een mandje, zoals het hoorde, en ging de paden af. Wanneer zij iets tegenkwam wat ze nodig had, dan stopte ze het in de mand. Na een ronde door de winkel liep ze naar de kassa. Alle spullen gingen over de scanner.
'Dat is dan een-en-dertig vijfentachtig', sprak het meisje achter de kassa met de standaard klantvriendelijke toon.
Valentina pakte met enige nervositeit het pasje uit haar broekzak en stak deze in het pinapparaat. Snel typte ze de code in die Alec haar had toevertrouwd. Enkele seconden tikten voorbij en even was ze bang dat de code incorrect was. Daar klonk het verlossende bliepje. Opgelucht nam ze de kaart terug en haar spullen in ontvangst. Na een korte groet liep ze naar buiten.
Nu begon de twijfel. Ze had alles wat ze nodig had. Toch voelde ze geen drang om ook gelijk terug te keren naar "huis". Die mannen waren er op de eerste plaats nog bezig. Plus... Hier buiten was ze vrij. Ja, Alec zou kunnen zien waar ze voor het laatst iets had gekocht, maar als ze het slim speelde, dan had ze voorlopig geld en hij zou niet weten waar ze zou zijn... Doen, zei een stemmetje diep in haar. Haar rationaliteit sprak dat tegen. De man had vertrouwen, heel veel vertrouwen in haar gestoken op dit moment. Ze zou hem kwetsen als ze er vandoor ging. Zeker als ze eerst nog een ruim bedrag zou opnemen bij de bank met zijn pas. Daarbij, mocht ze hem ooit weer treffen in de rechtbank, mocht ze überhaupt weer in contact komen met de politie, dan zou ze in veel grotere problemen zitten.
Verscheurd tussen verstandig zijn en haar vrijheid nam Valentina onbewust plaats op een bankje bij een plantsoen. Daar bleef ze zitten zonder op de tijd te letten. Haar blik op de grond gericht. Niemand die haar aansprak. Hooguit vroeg een voorbijganger zich in zichzelf af waarom een jonge vrouw zoals zij er verdrietig en alleen bij zat. En velen zouden in hun hoofd hebben dat het om liefdesverdriet ging.